Ga naar hoofdinhoud

WOORD VAN WELKOM JOM HASHOA HERDENKING 2024

 

Van harte welkom u allen, leden en vertegenwoordigers van de Joodse gemeenschap, leden en vertegenwoordigers van Haagse kerken, meelevende burgers.

Van harte welkom, excellenties, eerwaarde dames en heren, your excellencies, welcome,

De grootste ruimte die er bestaat, volgens Augustinus, is die van de herinnering. Hij beschouwt de herinnering als een onmetelijke ruimte, een schatkist voor ons leven. In die ruimte leven namen, gezichten, gedachten ervaringen en reflecties. Vanmiddag begeven wij ons in die ruimte. Dat is vandaag een confronterende ervaring, want de verhalen van de mensen wier namen we vandaag noemen en hun gezichten die we ons voor ogen brengen, confronteren ons met het diepste dieptepunt van de mensengeschiedenis.

Alle herdenkingen van de Haagse Gemeenschap van Kerken, en zeker de herdenking vandaag van de Shoa, georganiseerd in samenwerking met de Liberaal Joodse Gemeenschap, willen ons hart openen om eerbied te betonen aan hen die gestorven, vermoord, vernederd en getraumatiseerd zijn. De geschiedenis is niet zomaar voorbij. We spreken in onze tijd van een transgenerationeel trauma dat ook de tweede en de derde generatie raakt.

Maar hóe kijken we naar deze geschiedenis? Ralph de Backer stelde gisteren in Tijdgeest van Trouw de vraag: kijken we naar die geschiedenis langs elkaar heen? Of kijken we naar de geschiedenis via de slachtoffers van toen en hun nazaten nu? Delen we daadwerkelijk in hun geschiedenis? Wordt hun geschiedenis ook de onze? Onze herdenking wil die ander die onder de geschiedenis lijdt, dichterbij brengen.

De gebeurtenissen van de afgelopen maanden hebben tijdens onze voorbereiding een grote rol gespeeld. We merken dat de spanningen tussen mensen en groepen groeien. De emoties lopen hoog op en mensen willen die emoties en opvattingen uiten. Vandaag zoeken we in deze herdenking woorden van zang, gebed en stilte. We voelen de opdracht om ruimte te scheppen voor hen die er niet meer mochten zijn, we willen stem geven aan hen die het zwijgen is opgelegd. Aan hen is nu het woord.

Ik hoop dat deze herdenking als balsem voor onze ziel kan zijn, een versterkte basis om met kracht te bouwen aan broeder- en zusterschap, aan herkenning en erkenning van de ander, aan groeiende compassie jegens elkaar; compassie die ook gepaard kan gaan met verzet tegen onrecht dat we nog steeds in onze wereld zien opduiken, telkens waar mensen het recht op leven wordt ontnomen en waar vrijheid wordt bedreigd.

I want to welcome also our English speaking guests. First of all your excellencies, the Ambassadors who participate in this commemoration. You represent your governments and your peoples. Your presence here is a sign of solidarity and of our shared history. Pope Frances calls the world our common home. This means we have a shared responsibility that doesn’t stop at our national borders. People often speak of ‘the international community’. Is this really a community? Is it not a battlefield of contradicting interests? Especially on the occasion of today, the Jom Hashoa commemoration, we have to look beyond the everyday struggles and fights. We need a vision that can bring people together. Listening and sharing each other’s historical narratives can inspire us to build this vision.

International diplomacy can be one of the instruments of our human society that in spite of growing tensions and hostilities can work for solutions in order to achieve a longer lasting peace and justice where the existence of all humans and all peoples are guaranteed.

We hope and pray this commemoration will help us not to forget this calling. I wish you an inspiring moment here with us.

 

Ad van der Helm, voorzitter, Den Haag 21 april 2024.

Back To Top